Ervaring met alternatieve ruwvoederteelten

Ervaring met alternatieve ruwvoederteelten

In de melkveehouderij is mais heel belangrijk, want het vormt de basis voor het rantsoen. Bedrijven die al enige tijd biologisch produceren, telen vaak geen mais meer of slechts heel weinig. Als jij zou willen omschakelen, is het natuurlijk de vraag of je het ook zonder mais zal doen. Als het antwoord ja is, hoe stel je dan een goed rantsoen samen op basis van eigen alternatieve ruwvoeder teelten? Wij vroegen een aantal praktijkbedrijven naar hun ervaring met alternatieve teelten.

Ignace Deroo, consulent Biologische Productie Boerenbond

 

Volgens de regels van de biologische productie moeten de dieren moeten zo veel mogelijk ruwvoeder kunnen opnemen in de weide. Uiteraard kan je die rechtstreekse opname aanvullen met waardevolle ruwvoeders die je verstrekt aan het voederhek. Vooraleer je beslist welke ruwvoeders je wilt proberen, is het belangrijk om wat zaken in beeld te brengen: de bodem/grondsoort, de aanwezigheid van wild en de productiviteit van je weides.

Heb je veel last van wild? Ga dan heel omzichtig om met teelten als luzerne, bonen en erwten. Niet alleen in zuivere vorm, maar ook als mengteelt zijn die zeer gevoelig aan vooral houtduiven.

Triticale als alternatief

Een goed alternatief op lichtere gronden is triticale, die dan als GPS geoogst kan worden. Eventueel kan gerst een deel van de triticale vervangen. In een rotatie met drie jaar gras-klaver en één jaar triticale is de opbrengst heel behoorlijk. Het kan een optie zijn om in onderzaai gras-klaver toe te passen, maar zeker in lichtere gronden krijgt de onderzaai in warme droge zomers misschien niet de kans om door te groeien na het oogsten van het graan. In normale omstandigheden is dat anders wel een heel goede optie om snel een tweede keer ruwvoeder te kunnen oogsten.
Op één van de praktijkbedrijven wordt de gras-klaverstoppel rond half oktober geploegd. Daarna wordt zo’n 200 kg triticale per ha ingezaaid, met een normale afstand van ongeveer 12 cm tussen de rijen. De grote hoeveelheid zaaizaad moet het verlies door hongerige houtduiven opvangen. Zonder verdere onkruidbehandelingen gaat deze triticale de winter door. Vroeger kwam er dan een onderzaai van gras-klaver, maar de laatste jaren niet meer. De ervaring leerde dat in deze omstandigheden op lichte drogere gronden ofwel de onderzaai mislukt ofwel de triticale minder is.

Het probleem bij het telen van zuivere luzerne wordt nu opgevangen met nieuwe mengsels waar wel een deel luzerne in zit. Zo bevat het mengsel Bio Mixte L 245 van Aveve 20% luzerne, die nu meer kans krijgt om door te groeien dan in een zuiver luzerneperceel, waar de houtduiven erin slagen om de plantjes systematisch kort te houden.

Basis voor goed rantsoen

Het is mogelijk om op basis van een goed weidebeheer, extra gras-klavervoordroog en eigen gewonnen GPS van triticale een goed basisrantsoen samen te stellen. Dat wordt dan aangevuld met aangekocht biologisch maismeel en een korrel op basis van 18% eiwit. Tarwe kan een alternatief zijn voor het maismeel, maar biomaismeel is eenvoudig te verkrijgen en heeft een behoorlijke prijs.

Cruciaal in heel dit verhaal is een goede match tussen de productiviteit van de grond en de productiviteit van de koeien. Op biologische bedrijven is dat nog belangrijker dan op gangbare bedrijven. Hoe rijker de gronden, hoe meer je ook mag verwachten van je dieren.